#17 Nonna en Corona (Nederlands)

Deze week neem ik jammer genoeg afscheid van Corona. Geen zorgen, dit heeft helemaal niks met het virus te maken. Wat er dan wel aan de hand is? Ik ga verhuizen! Mijn huisgenoot heet heel toevallig Corona met zijn achternaam dus je kunt je voorstellen dat het voor hem en alle andere Corona’s hier in Italië best een aparte beleving is om hun naam werkelijk waar elk mediakanaal te zien domineren. Eigenlijk is het een hele normale naam want Corona is simpelweg het Italiaanse woord voor kroon, dat in Nederland natuurlijk ook gewoon een achternaam is. Enfin, mijn verhuizing is dus aanstaande, en het belooft dan ook een drukke en weer behoorlijk atypische week te worden. Business as usual dus!  

Het geeft een kick om je naam direct onder de kop van een artikel te zien staan

Vrijdagochtend was op een leuke manier spannend. Vooropgesteld dat het onderwerp natuurlijk heel naar is en we met z’n allen liever wilden dat het niet bestond, was ik erg blij toen een goed aangeschreven, Engelstalig platform mij benaderde om een nieuwsartikel te schrijven over de impact van het coronavirus op de stad Rome. Het geeft een kick om je naam direct onder de kop van een artikel te zien staan. Toegegeven, het was best een uitdaging het artikel op zo’n manier te schrijven dat het objectief was, maar tegelijkertijd het heersende sentiment onder de inwoners weergaf. De gemoederen beginnen namelijk zo langzaamaan hoog op te lopen hier. 

Maar na een korte inspectie moest ik concluderen dat slechts vier producten massaal werden gehamsterd in een voor de rest nog overvolle supermarkt: pasta, passata (gepureerde tomaten in een pakje), olijfolie en tissues. De essentie van Italië

Zo’n anderhalve week geleden brak het coronavirus op grotere schaal uit in Noord-Italië en de media stonden er bol van. Het aantal besmettingen liep in een paar dagen tijd op van drie naar enkele honderden en daarmee was Italië het eerste Europese land waar het virus om zich heen begon te grijpen. Ondanks de nieuwe updates waarmee we ieder uur gevoerd werden, trok er nou niet bepaald een rimpeling door Rome. Het overgrote deel van de besmettingen was immers in Noord-Italië, hier behoorlijk ver vandaan dus. Eigenlijk was ik ervan overtuigd dat de Romeinen zich er nog niet zoveel van aantrokken dus toen ik vorige week maandag boodschappen ging doen, verraste het me dan ook enigszins om in sommige supermarktpaden wel degelijk legere schappen te signaleren. Maar na een korte inspectie moest ik concluderen dat slechts vier producten massaal werden gehamsterd in een voor de rest nog overvolle supermarkt: pasta, passata (gepureerde tomaten in een pakje), olijfolie en tissues. De essentie van Italië. De week ging voorbij, er werden geen coronagevallen in Rome vastgesteld, en na die ene maandag waarop mensen wat meer boodschappen dan anders deden – better safe than sorry – waren de supermarktschappen weer goed gevuld. Gedurende de hele week heb ik welgeteld twee mensen met mondkapjes zien rondlopen en eigenlijk werd er nauwelijks over gepraat. Het werd wellicht even genoemd, om vervolgens gelijk weer over te gaan op de orde van de dag. Iedereen die mij kent, weet dat ik gemiddeld zo’n twintig keer per dag moet niezen – ook als ik niet verkouden ben – dus natuurlijk werden er grappen gemaakt en doken mijn vrienden gedramatiseerd onder de bar, hun trui voor hun mond trekkend als ik door ronddwarrelend stof weer een keer nieste, maar dat zorgde eigenlijk alleen maar voor hilariteit. 

Het is iets heel aparts, onwerkelijk zelfs, om te lezen hoe mensen zich de grootste zorgen maken om naar jouw stad te komen – alsof deze het epicentrum is geworden van een desolaat gebied waar mensen doodsangsten uitstaan – terwijl jij gewoon naar buiten kijkt, de zon ziet schijnen, koffie gaat drinken bij je barretje en moet concluderen dat er helemaal niks aan de hand is

Toch zou al gauw blijken dat het coronavirus op een hele andere manier een behoorlijke impact op Rome zou gaan krijgen. Al vanaf het eerste moment van de uitbraak in Noord-Italië werd ik bedolven onder de lief bedoelde berichtjes uit Nederland en andere hoeken van Europa. Toen ik maandag de NOS-app opende en zag dat de twee hoofdartikelen over Italië gingen, inclusief een liveblog en allerhande vragen of men nog in Italië op vakantie kon, besefte ik dat de paniek in Nederland vele malen groter was dan hier in Rome. Ook in de verschillende internationale Facebook-groepen werd het ene na het andere bericht gepost of het nog wel veilig en verantwoord was om naar de eeuwige stad af te reizen. Het is iets heel aparts, onwerkelijk zelfs, om te lezen hoe mensen zich de grootste zorgen maken om naar jouw stad te komen – alsof deze het epicentrum is geworden van een desolaat gebied waar mensen doodsangsten uitstaan – terwijl jij gewoon naar buiten kijkt, de zon ziet schijnen, koffie gaat drinken bij je barretje en moet concluderen dat er helemaal niks aan de hand is. Ik begrijp het wel, het is logisch dat mensen zich op basis van enkel coronaberichten een heel andere voorstelling maken van de werkelijkheid, maar het blijft een heel vertekend beeld. 

Want waar de vaak van drama beschuldigde Italiaan nu eigenlijk verrassend nuchter bleef, leek de rest van de wereld hysterisch te zijn geworden

Naarmate de week vorderde, begon de ernst van de situatie door te dringen tot de Romeinen. Niet over het coronavirus zelf, maar over de gigantische impact die dit nu al heeft op de economie van de stad. Want waar de vaak van drama beschuldigde Italiaan nu eigenlijk verrassend nuchter bleef, leek de rest van de wereld hysterisch te zijn geworden. De locals zetten hun leventje ongestoord voort, maar de toeristen blijven massaal weg. In mijn artikel dat gepubliceerd is geworden, vermeld ik de schrikbarende getallen: voor maart is bijna 90% van alle toeristische boekingen (hotels, excursies) gecanceld, en er zijn maar liefst 60% minder nieuwe reserveringen dan gemiddeld gedaan. Berekeningen door de Italiaanse krant Corriere della Sera leren ons dat de restaurants in Rome maar liefst drie miljoen euro per dag mislopen. Je hoeft geen econoom te zijn om te snappen wat een gigantische strop dit gaat zijn. Afgelopen dagen was het al goed te merken, het centrum van Rome is aanzienlijk leger dan normaal. Zowel Italianen als expats beginnen als tegenreactie massaal foto’s te delen op zonnige terrasjes, in parken en op het strand met de tekst “wat er echt aan de hand is in Italië” waarin ze de in hun ogen overtrokken reactie van de vele afhakende toeristen hekelen. Ook officiële toeristenorganisaties hebben grootschalige campagnes gelanceerd vol prachtige beelden van La Dolce Vita met de tekst: “Italy doesn’t stop” om de toerist ervan te overtuigen Italië niet links te laten liggen. Maar het kwaad lijkt al geschied. Zoals altijd in een crisissituatie beginnen er twee kampen te ontstaan: mensen die vinden dat de media iets wat eigenlijk niet veel erger lijkt dan de griep hebben opgeblazen tot iets zo beangstigends dat Rome gigantische economische schade wordt toegebracht, en mensen die toch vinden dat er geen enkel risico genomen mag worden en het wel snappen dat bijvoorbeeld de Verenigde Staten in een officiële verklaring mensen afraden onnodig naar Italië te reizen. In mijn eigen cirkel domineert echter sterk de mening dat de media het zwaar opgeblazen heeft en Italië nu – als land dat het waarschijnlijk het minst kan gebruiken – met de brokken blijft zitten. Zeker nu blijkt dat het virus ook Nederland, Duitsland, en de rest van Europa heeft bereikt.

Want zolang er nog geen echt werkend vaccin tegen het coronavirus op de markt is, is humor het belangrijkste medicijn

Maar Italië zou Italië niet zijn als er niet werd gereageerd met humor. Want zolang er nog geen echt werkend vaccin tegen het coronavirus op de markt is, is humor het belangrijkste medicijn. Zaterdagochtend dook er een filmpje op dat geweldig goed in elkaar is gezet: een Napolitaanse nonna die tips geeft tegen het coronavirus en daarbij haarscherp inspeelt op clichés en vooroordelen. En waar ik in mijn gepubliceerde nieuwsartikel de officiële voorzorgsmaatregelen heb gedeeld, kan ik hier in mijn eigen blog lekker de tips van deze kordate nonna delen. Ze begint natuurlijk heel verontwaardigd over het feit dat mensen nog altijd verteld moet worden om je handen fatsoenlijk te wassen. Hoe vaak heeft nonna dat niet al gezegd?! Kussen en knuffels zijn gevaarlijk, en eenieder die weleens in Napels is geweest snapt dat dat pas ècht een impact heeft op het dagelijks leven. Haar oplossing? Een vette knipoog. Ciao nonna Maria! *knipoog*. Ze gaat verder met het cliché over hoe men in het zuiden toch alle Noord-Italianen als familie beschouwt, parenti, en ze hen in het geval van voedseltekorten toch gewoon pakketten met huisgemaakte Zuid-Italiaanse heerlijkheden opstuurt. Dat doet ze toch altijd al, want een Zuid-Italiaanse nonna leeft in een continue angst dat haar kleinkinderen niet goed eten. En het feit dat de kleinkinderen in Noord-Italië verblijven – laat staan het buitenland – betekent per definitie dat ze niet goed eten, want het is niet door haar gemaakt. Vervolgens begint ze erover om niet te discrimineren, het coronavirus is niet de schuld van de Chinezen. Want het coronavirus verdwijnt weer, maar de discriminatie blijft bestaan, aldus haar. Een regelrechte treffer en een directe aanval op het racisme dat onder Italianen helaas toch nog af en toe bestaat. Dankzij de lieve verschijning van nonna is het een boodschap die hopelijk aankomt. Nee, nonna laat zich niet van haar stuk brengen door een virus, behalve als haar wordt verteld dat ze haar stoffen zakdoek niet meer mag gebruiken. Haar gezicht betrekt, ze gebruikt dit geborduurde lapje stof inmiddels al vijftig jaar! Mijn favoriete stuk is wanneer ze tips geeft over wat te doen als je veertien dagen in quarantaine wordt geplaatst. Hoe bedoel je, wat moet je doen? Ervan profiteren natuurlijk! Je kunt eindelijk weer hele seizoenen van je favoriete soapserie binge-watchen – de Italianen staan er natuurlijk redelijk om bekend fervente televisiekijkers te zijn – en die ramen mogen ook hoognodig weer eens gelapt. Oké nonna. Maar nog veel belangrijker is het feit – en dan beginnen haar ogen pas echt te stralen – dat je nu de tijd hebt om polpette al sugo (gehaktballen in tomatensaus) te maken die je zo lang kunt laten trekken dat het gerecht tegen de tijd van Pasen zijn gewicht in goud waard is. Kalfsgehakt, is haar geheime tip. 

Maar mocht ik na vijf dagen in Nederland niet naar Rome kunnen terugkeren omdat ze me onverwacht in quarantaine hebben geplaatst, dan weet ik dankzij nonna in elk geval wel hoe ik die veertien dagen met gemak ga om krijgen

Zodra ik mijn spullen in mijn nieuwe huis heb uitgepakt kan ik mijn koffer alweer gaan inpakken. Komende donderdag staat er namelijk weer een tripje naar Nederland op de planning. Natuurlijk ga ik er gewoon vanuit dat dit doorgaat. Maar mocht ik na vijf dagen in Nederland niet naar Rome kunnen terugkeren omdat ze me onverwacht in quarantaine hebben geplaatst, dan weet ik dankzij nonna in elk geval wel hoe ik die veertien dagen met gemak ga om krijgen. Wie komt er eten met Pasen? 

Volledig op de hoogte blijven van mijn Operation La Dolce Vita? Volg me op Instagram: @annecheama

3 thoughts on “#17 Nonna en Corona (Nederlands)”

Comments are closed.