Afgelopen donderdag was het de Internationale Dag van de Koffie, een dag die ik natuurlijk niet zomaar voorbij kon laten gaan. Want iedereen die wel eens in Italië is geweest, weet dat een koffie thuis nooit meer hetzelfde zal zijn: je hebt nu eenmaal ontdekt hoe koffie óók kan smaken. En iedereen die dan ook nog eens in Napels is geweest, weet dat een koffie waar dan ook ter wereld – inclusief de rest van Italië – nooit meer hetzelfde is. Al jaren vraag ik mij af wat het geheim nu is, en hoezo het buiten Italië onmogelijk lijkt om zo’n zelfde kop koffie te zetten.
Met zijn brede schouders, armen vol tatoeages en gemillimeterde coupe zag hij er meer uit als een militair dan een barista. Een boom van een vent, dacht ik een jaar lang. Totdat hij op de allerlaatste college-dag achter de toonbank vandaan kwam
Want als ik aan Italië denk, ruik ik de koffie. Mijn allereerste blog – alweer bijna een jaar geleden – begon dan ook met het rinkelen van de schoteltjes die behendig op de toonbank worden gezet en het sissende geluid van de melk-opschuimer. Deze geuren en klanken vormen een levendige herinnering aan het café op de universiteit in Rome, de reden dat ik elke ochtend maar liefst een half uur voor aanvang van de les arriveerde en de dag begon met een volle, schuimige cappuccino in de zon, met liefde bereid door de altijd breed lachende Gianmarco. Een grappig detail: met zijn brede schouders, armen vol tatoeages en gemillimeterde coupe zag hij er meer uit als een militair dan een barista. Een boom van een vent, dacht ik een jaar lang. Totdat hij op de allerlaatste college-dag achter de toonbank vandaan kwam om ons gedag te kussen en hij opeens twintig centimeter kleiner was. Er bleek een behoorlijke verhoging aan de andere kant van de toonbank schuil te gaan.
Destijds was ik nog in volledige onwetendheid van mijn grove overtreding op de Italiaanse koffie-etiquette door om vier uur ’s middags nog een, wat de Italianen noemen, “plons melk” te bestellen
Ik was een jaar of vijftien toen ik in het café waar mijn vriendinnen en ik meermaals per week na school te vinden waren heel voorzichtig de overstap maakte van mierzoete perzikthee naar een cappuccino met twee hele zakjes suiker. Destijds was ik nog in volledige onwetendheid van mijn grove overtreding op de Italiaanse koffie-etiquette door om vier uur ’s middags nog een, wat de Italianen noemen, “plons melk” te bestellen. Inmiddels zijn we heel wat jaren verder, kan ik een cappuccino na elven ook nog maar zelden waarderen en drink ik mijn Nederlandse koffie zwart en mijn Italiaanse koffie met een piepklein beetje bruine suiker.
Want wat dacht je van een caffè doppio, caffè marocchino, caffè ristretto, caffè d’orzo, caffè macchiato, caffè americano, caffè corretto, caffè lungo, caffè shakerato, of caffè del nonno? En wil je de latte caldo of freddo?
Bruine suiker, oftewel zucchero di canna. Eén van de zaken die standaard in het bakje met suikerzakjes in een Italiaanse koffiebar te vinden is. Overigens lijkt zo’n klassieke koffiebar in de verste verte niet op de Starbucks dus een pumpkin spice latte om in herfstsferen te komen kan je vergeten. Maar mocht je nu denken dat de keuze in een Italiaans koffiebarretje zich beperkt tot espresso en cappuccino, heb je het mis. Hoogstwaarschijnlijk hebben ze er geen menukaart, maar wellicht staat het ergens in een weelderig handschrift en nauwelijks meer leesbaar op een krijtbord gekalkt: alle Italiaanse klassiekers. Want wat dacht je van een caffè doppio, caffè marocchino, caffè ristretto, caffè d’orzo, caffè macchiato, caffè americano, caffè corretto, caffè lungo, caffè shakerato, of caffè del nonno? En wil je de latte caldo of freddo? – warme of koude melk? In een kannetje ernaast of erin? Drink je je koffie al banco, aan de bar, of aan een tafeltje? En het glaasje water dat je er standaard bij krijgt: heb je dat liever frizzante of naturale? Met of zonder prik?
Waar men in Italië steevast van alles aan te merken heeft op de rommelige politiek en de onmogelijke bureaucratie, klaagt men er in Nederland op los over het hopeloze weer en jawel, de smerige koffie
Hoe anders de ervaring van het drinken van een koffie in Italië dan ook is vergeleken met Nederland, dat het allebei landen zijn van echte koffieleuten is een grote overeenkomst. Bovendien heeft het koffie-momentje in beide landen dezelfde functie: het is een sociaal moment om even bij elkaar te komen, de dag door te nemen, te roddelen en niet in de laatste plaats, te klagen. Want of de koffie nou verzorgd wordt door Lavazza of die goeie ouwe Douwe Egberts, we kunnen altijd zo heerlijk ons beklag doen boven een dampend kopje. Waar men in Italië steevast van alles aan te merken heeft op de rommelige politiek en de onmogelijke bureaucratie, klaagt men er in Nederland op los over het hopeloze weer en jawel, de smerige koffie. Het zwarte goedje uit de automaten in de kantoortuinen spant daarbij de kroon, iets dat ik nog geen seconde heb gemist na het opzeggen van mijn kantoorbaan.
De achteloosheid waarmee de Italiaanse barista een perfecte koffie voor je bereidt terwijl hij of zij ondertussen op volle sterkte mee discussieert met de personen aan de andere kant van de toonbank, is werkelijk waar verbluffend
Alle jaren van koffie drinken in Italië ten spijt, heb ik het grote geheim nog niet kunnen ontdekken. De achteloosheid waarmee de Italiaanse barista een perfecte koffie voor je bereidt terwijl hij of zij ondertussen op volle sterkte mee discussieert met de personen aan de andere kant van de toonbank, is werkelijk waar verbluffend. Meermaals heb ik de barista voor me dan ook bestookt met vragen maar ondanks de ingewikkelde verhalen die af worden gestoken over hoe het water met de juiste snelheid, tot op de seconde nauwkeurig, door de koffie moet lopen en hoeveel druk er op de koffie moet worden uitgeoefend, geven ze hun geheim niet graag prijs. Met een vette knipoog krijg ik dan ook keer op keer te horen dat het de liefde is waarmee de koffie bereid wordt die het verschil maakt. En daarmee lijkt het erop dat ik het toch maar moet accepteren dat de koffie in Nederland regelmatig teleurstellend is èn blijft. Maar, zo bedenk ik me, misschien is dat maar goed ook. Want waar zouden we anders nog zo heerlijk over kunnen klagen?
Ja die Italianen hebben pas echt een koffie-cultuur!