Het is nog maar een paar dagen tot kerstavond. Na een paar laatste, zonovergoten dagen in Rome dat volledig in kerstsferen gehuld was, stapte ik afgelopen woensdag aan boord van het vliegtuig. Naar Nederland om de feestdagen met familie en vrienden door te brengen, zoals altijd. Met in mijn koffer een Italiaanse panettone van een kilo, óók zoals altijd, althans, sinds ik in Italië woon.
Dat ik er nog maar net was, was goed te merken. De allereerste dag dat ik weer terug ben in Nederland, zit ik namelijk nog met heel mijn doen en laten in Italië
Nog geen 24 uur nadat ik voet op Nederlandse bodem had gezet, stond ik in een bruidszaak in hartje Rotterdam. Een vriendin die volgend jaar zomer in Spanje gaat trouwen had me meegevraagd naar de eerste fitting van haar jurk, een hele eer. Ik had die dag dan ook al vrij vroeg de trein richting de havenstad genomen, nadat ik de avond ervoor in Nederland was aangekomen. En dat ik er nog maar net was, was goed te merken. De allereerste dag dat ik weer terug ben in Nederland, zit ik namelijk nog met heel mijn doen en laten in Italië. Alsof mijn hele ‘zijn’ nog afgestemd staat op de Italiaanse frequentie.
Ik heb dan ook altijd het idee dat wanneer ik in Nederland ben, ik feilloos meega met het leven hier. Maar niks is minder waar
Het blijft iets geks. Wanneer ik in Italië ben, heb ik namelijk helemaal niet door hoe ik langzaam maar zeker het leven daar, en alles dat men doet en zegt, als ‘normaal’ beschouw. Hoe de allerkleinste gewoontes – juist die dagelijkse dingen die ik zonder nadenken doe – steeds meer veranderen. Ik heb dan ook altijd het idee dat wanneer ik in Nederland ben, ik feilloos meega met het leven hier. Maar niks is minder waar. Afgelopen jaar werden de reisjes naar Nederland steeds van kortere duur – meestal slechts een paar dagen – en speelde mijn hele dagelijkse leven zich in Italië af. En dat begint haar sporen achter te laten…
Automatisch haalde ik mijn telefoon tevoorschijn, opende ik de coronacheck-app, en hield ik braaf mijn QR-code omhoog. Een zeer verwarde conducteur keek me aan
We waren al een tijdje onderweg met de trein, toen de conducteur de coupé instapte met een opgewekt “Goedemorgen, controle alsjeblieft”. Automatisch haalde ik mijn telefoon tevoorschijn, opende ik de coronacheck-app, en hield ik braaf mijn QR-code omhoog. Een zeer verwarde conducteur keek me aan. Ik zag zijn verwarring en vroeg meteen “Ah, u hoeft deze niet te scannen?”, waarop hij antwoordde “is dit voor een fiets?”. “Een fiets?”, herhaalde ik verbaasd, “maar dit is mijn Green Pass”. “Welke pass?”, zei de conducteur, en toen viel het kwartje. “Ah, je QR-code!”, riep hij. “Mijn Green Pass!”, riep ik. We wisselden nog een ietwat verwarde blik uit toen we elkaar begrepen. Hij kwam mijn OV-chipkaart controleren, en niet mijn Green Pass, zoals overal in Italië gebeurt. Ook ontdekte ik tot mijn verbazing dat de Green Pass hier in Nederland helemaal geen Green Pass heet.
Al gauw had ik door dat er steeds meer medepassagiers ietwat verontwaardigd en geïrriteerd mijn kant op leken te kijken. Dit was toch geen stilte-coupé?
Alles was gelukkig in orde aangezien ik netjes had ingecheckt met mijn Nederlandse OV-chipkaart die ik elke keer toch maar weer terug weet te vinden, en de trein zoefde rustig verder door het platte, groene landschap van rechthoekige weiden die door kaarsrechte beken van elkaar gescheiden worden. Ik blijf het fascinerend vinden hoe het waterpeil van de beek haast gelijk is met de grasvelden. Ah, de Hollandse polders. Ik wierp een blik op het raam, en stelde tevreden vast dat er geen “stiltecoupé-stickers” opgeplakt waren. Ik zag namelijk dat er diverse berichtjes waren binnengekomen via Whatsapp van Italiaanse vrienden en vriendinnen. Voice-berichten welteverstaan, in Italië de meest gebruikte manier van digitaal communiceren. Ik durf wel te beweren dat de helft van mijn digitale communicatie met Italianen ingesproken berichten zijn. Ik pakte mijn telefoon en begon de minutenlange berichtjes te beluisteren. Af en toe moest ik hardop lachen. En al gauw had ik door dat er steeds meer medepassagiers ietwat verontwaardigd en geïrriteerd mijn kant op leken te kijken. Dit was toch geen stilte-coupé? Nee. Maar toch. Toen ik het er diezelfde middag met een vriendin over had, bevestigde zij wat ik wel al had begrepen: het beluisteren van je spraakberichten of het kijken van filmpjes op je telefoon zonder oordopjes in is hier niet de normale gang van zaken.
Op de terugweg rommelde ik braaf in mijn tas op zoek naar mijn oordopjes, terwijl ik me grinnikend het beeld van een Italiaanse trein of bus voor de geest haalde
Op de terugweg rommelde ik dan ook braaf in mijn tas op zoek naar mijn oordopjes, terwijl ik me grinnikend het beeld van een Italiaanse trein of bus voor de geest haalde: een nonna die aan het videobellen is met haar kleinkinderen die steeds harder schreeuwen omdat ze het niet goed verstaat, een man op middelbare leeftijd die ongegeneerd zijn moeder belt – doorgaans zijn de enige woorden die hij uitbrengt “Si, mamma”, en “No, mamma” – pubers die elkaar het ene na het andere Tiktok-filmpje laten zien, en de rest van de passagiers die ofwel een spraakbericht aan het inspreken ofwel aan het beluisteren zijn. En natuurlijk iedereen die het eigen volume nog een standje hoger zet om het achtergrondlawaai te kunnen overstemmen.
Zo zijn er nog zoveel van die kleine, dagelijkse dingen die me op zo’n eerste dag in Nederland opvallen. Dat men hier gelijk wegkijkt als je per ongeluk iemands blik kruist in de trein, terwijl men in Italië gerust een paar seconden lang terug staart
En zo zijn er nog zoveel van die kleine, dagelijkse dingen die me op zo’n eerste dag in Nederland opvallen. Dat men hier gelijk wegkijkt als je per ongeluk iemands blik kruist in de trein, terwijl men in Italië gerust een paar seconden lang terug staart tot je er ongemakkelijk van wordt. Of hoe joviaal en informeel het treinpersoneel hier in Nederland is, terwijl deze in Italië met een formaliteit van een legercommandant het volgende station aankondigt en je Green Pass controleert. Hoe er bij de rookpaal op de perrons in Nederland nauwelijks iemand staat, terwijl men in Italië het sigaretje al tien minuten voor de aankomst aan het rollen is en ‘m al heeft aangestoken als de trein nog maar net tot stilstand is gekomen.
Ik bedacht me hoe het gedrag van mensen in een trein eigenlijk een fantastische afspiegeling is van de samenleving in haar geheel. Alsof je om een land en haar mensen te kunnen begrijpen, slechts een treinritje van een paar uur hoeft te maken en te observeren wat er gebeurt
Bij het uitstappen van de trein, bedacht ik me hoe het gedrag van mensen in een trein eigenlijk een fantastische afspiegeling is van de samenleving in haar geheel. Alsof je om een land en haar mensen te kunnen begrijpen, slechts een treinritje van een paar uur hoeft te maken en te observeren wat er gebeurt. Fascinerend. Inmiddels ben ik alweer vijf dagen in Nederland, en is het nog maar een paar dagen tot kerstavond. En als het zover is, ben ik weer helemaal afgestemd op de frequentie van hier. Behalve als de panettone aangesneden wordt natuurlijk…